Dit is een erg leuke en lekkere taart. Hij is niet heel erg makkelijk, maar als je hem vaker maakt wordt je er steeds handiger in.
 

Biscuitdeeg 

Haal van 4 eieren de dooiers en het eiwit van elkaar af.
Klop in een kom 4 eidooiers met 35 g suiker tot een luchtige romige creme. Die als een dik lint van de garde loopt. 
Klop in een vervrije kom met een schone vetvrije garde de 4 eiwitten met een klein beetje zout heel stijf. Je moet de kom op de kop kunnen houden.
Voeg tijdens het kloppen 55 g suiker en 2 zakjes vanillesuiker toe. Schep het eiwit en 2 eetlepels citroenrasp op de dooiercreme. Zeef daar 60 g bloem en 40 g maizena boven.
Roer/vouw dit allemaal luchtig door elkaar.
 
Bedek de bodem van een springvorm van 24 cm met bakpapier en smeer de rand in met boter. Giet het beslag hierop en strijk het glad.
 
Bak de biscuitbodem in het midden van een voorverwarmde oven van 165 g in ongeveer 50 min gaar.
Laat de bodem eerst in de springvorm iets afkoelen en haal hem er dan uit. Zet de bodem op een rooster en laat verder afkoelen.
 
Snijd de taart in drie lagen. Snij eerst licht in op de zijkanten. Zo maak je de verdeling. Als het goed is dan steek je een lang mes tot in het midden van de taart. Draai de taart nu al snijdend. Het is handig als je hem hiervoor op een bord legt.
 

Gebaksslagroom

Wil je er een slagroomtaart van maken waarbij de slagroom een lekkere dikke laag in de taart is, maak dan gebaksslagroom.
 
Week 3 gelatineblaadjes ong 5 min in ruim koud water. 
Roer in een hitte bestendige kom 1 eidooier, 1 zakje vanillesuiker en 3 eetlepels koude melk door elkaar. Zet de kom op een pan met heet maar niet kokend water en klop het dooiermengsel op een laag vuur tot het enigszins gebonden en schuimig is.
Knijp de gelatine blaadjes uit en los deze al roerend op in het warme dooiermengsel. Er mogen geen draaden meer in zitten. Het mengsel moet helemaal vloeibaar zijn. Haal het nu van de pan af en laat afkoelen, maar nog niet opstijven.
 
Klop intussen een halve liter koude slagroom en 25 g poedersuiker stijf. Roer het dooiermengsel luchtig door de slagroom en zet de gebaksslagroom 1 uur in de koelkast om op te stijven.
 
Bestrijk met 2/3  de twee taartlagen. Op de onderste laag kun je nog eerst bv aardbeienjam doen. 
Rooster nu 100 g amandelschaafsel in een droge koekenpan. Ze moeten lichtbruin worden. Blijf erbij staan want ineens gaat het snel. Je kunt ook nogatine gebruiken. Smeer de zijkant van de taart in met een beetje van het bakkersslagroom en pak de taart voorzichtig op aan de boven en onderkant. Rol hem voorzichtig door de amandelen of de nogatine. Als je dat eng vindt kun je het ook langs de zijkant strooien en gelijk vastdrukken. Met de rest van de gebaksslagroom smeer je de bovenkant van de taart in en garneer je de taart door bijvoorbeeld  toefjes op te spuiten en halve aardbeien neer te leggen.