Eieren verven is eigenlijk de traditie bij Pasen, maar eieren versieren is zeker zo leuk. Met stiften kun je een gezichtje op een ei maken. Of je beplakt het ei met veren of met glitters.

Deze eieren zijn minder geschikt om daarna nog op te eten. Omdat er veel werk aan is besteed en omdat er lijm en watervaste stiften worden gebruikt waardoor het misschien niet eens zo gezond is om ze op te eten.

Als je eieren hard kookt zijn ze lang houdbaar. Ze gaan pas rotten als er ergens een beschadiging in de barst is.

Langer houdbaar, maar kwetsbaarder is het om een ei uit te blazen. Je maakt dan met een lange naald een gaatje in de breede kant van een rauw ei. Beetje wrikken om het gat groter te maken. Hou het ei boven een kommetje en maak een gaatje aan de andere kant. Prik de naald ver door het ei zodat je het eigeel doorprikt.
Blaas nu hard door het laatste kleinste gaatje en de inhoud stroomt naar buiten. Dit kun je nog goed gebruiken voor omelet.
Was het ei goed.
Je kunt nu ook een lintje door de gaatjes van het ei halen en ze zo ophangen.

Voor de echte durfallen, maak het ei half kapot zodat je bv een kuikentje in het ei vast kan maken of je kunt daar kleine bloemetjes in zetten. Als je in een half ei wat water doet of een watje vol met water, dan kun je daar kleine bloembolletjes op leggen. Bv blauwe druifjes. Deze komen zonder veel water goed uit.